Zilverregen: plant en verzorgt

Zilverregen: plant en verzorgt

Herkomst en distributie

De zilverregen is geen aparte soort, maar een bijzonder opvallende cultivar van de soort Dichondra argentea, die zowel in het zuiden van de VS als in Midden- en Zuid-Amerika wijdverspreid is. Dit behoort tot het geslacht Dichondra, dat ongeveer 15 soorten omvat, die op hun beurt tot de windefamilie (bot. Convolvulaceae) behoren en verwant zijn aan de zoete aardappel (bot. Ipomoea batatas).

lees ook

  • Zilveren regen - giftig of niet?
  • Zilveren regen - plant de onderscheidende plant
  • Is de zilveren regen winterhard of alleen eenjarig?

De verschillende soorten dichondra komen bijna uitsluitend voor in de tropische en subtropische streken van Midden- en Zuid-Amerika, slechts twee soorten - Dichondra repens en Dichondra brevifolia - komen ook voor in Nieuw-Zeeland en Australië. Als neofiet verspreidt Dichondra micrantha, oorspronkelijk afkomstig uit Texas, Mexico en de Caribische eilanden, zich in Zuid-Europa, waar de soort op grote schaal wordt gezaaid als vervanging voor gazons.

Uiterlijk en gestalte

Dichondra argentea 'Silberregen' is een kruidachtige plant met dunne scheuten tot anderhalve of zelfs twee meter lang, liggend of hangend. De variëteit wordt ook wel 'Silver Falls' genoemd. De planten, veelal geleverd als jonge plant of zelf gekweekt, groeien snel en ontwikkelen binnen enkele weken dichtgroene gebieden. Om deze reden kan de kruipende of hangende plant die eigenlijk meerjarig is, maar niet voldoende winterhard, probleemloos als eenjarig geteeld worden.

gebruik

De zilveren regen wordt het mooist individueel geplant in hanging baskets of balkonboxen (€ 106,25 bij Amazon *), maar siert ook muren, uitsteeksels, schuttingen en soortgelijke constructies op het balkon, terras of in de tuin. Het is ook erg populair om het te gebruiken als gazonvervanger voor het vergroenen van kale open ruimtes, bijvoorbeeld in de meerjarige bedding of als afscheiding daarvan.

Het glanzende zilveren blad wordt vooral benadrukt door de associatie met rood of blauw tot paars bloeiende vaste planten of zomerbloemen. Dichondra argentea is bijzonder geschikt als (hangende) achtergrondbeplanting of perkrand. Geschikte plantpartners zijn bijvoorbeeld monnikskap (let op, giftig!), Geurende brandnetel, zomeraster, lupine, kleurstofpeul, ridderspoor, klokje, knoopkruid, anjer, duizendblad, spoorbloem, vingerhoedskruid (ook giftig!) Of stokroos.

Dichondra argentea is ook bij uitstek geschikt als kamerplant, omdat de tropische plant met zijn hoge sierwaarde gemakkelijk te verzorgen is.

bladeren

De zilverachtige, glanzende, harige bladeren van de zilveren regen doen door hun ronde vorm denken aan kleine munten en zitten dicht bij de lange, fijne scheuten. Dit zorgt voor een compact, compact totaalbeeld.

Bloemen, bloeitijd en fruit

De kleine, helder geelgroene klokbloemen verschijnen het hele seizoen in overvloed, maar zijn vrij onopvallend. Na de bloei ontwikkelen zich capsulevruchten, die meestal bestaan ​​uit twee afzonderlijke, vliezige capsules met elk slechts één rond zaadje.

Toxiciteit

Dichondra argentea is niet giftig en daarom bij uitstek geschikt voor huishoudens met kleine kinderen en nieuwsgierige huisdieren.

Welke locatie is geschikt?

Als typische plant uit de subtropen en tropen houdt de zilverregen het graag warm: om zich goed te voelen en krachtig te groeien heeft de plant een temperatuur van minimaal 16 graden Celsius nodig. Dichondra argentea stopt met groeien onder deze waarde. De ideale locatie moet niet alleen warm zijn, maar ook beschermd tegen wind en regen en zo zonnig mogelijk tot gedeeltelijk in de schaduw.

Een iets meer schaduwrijke standplaats kan echter geen kwaad, omdat de plant dankzij de lange scheuten gericht zijn weg naar het zonlicht zoekt. Vooral balkonplanten hebben er baat bij om in de schaduw te worden geplant. Alleen de scheuten mogen in de zon groeien. Met deze maatregel droogt het substraat in de emmer minder snel uit en hoef je minder water te geven.

Bodem / substraat

Wat de bodem betreft, de zilverregen stelt weinig eisen en gedijt goed op elke goed doorlatende, voedselrijke, zanderige leemachtige grond - het moet gewoon goed doorlatend en los zijn, want het ras heeft droogte nodig. Om deze reden moeten planten die in potten worden gekweekt altijd worden voorzien van een goede afwatering, zodat er in de eerste plaats geen wateroverlast ontstaat. Bovendien moet overtollig gietwater direct na het besproeien uit de plantenbak of schotel worden verwijderd. Overigens voelen kuipplanten zich het prettigst in goede op humus gebaseerde potgrond.

Deze omschrijving geldt overigens niet voor alle Dichondra-soorten, omdat sommige - bijvoorbeeld de Kruipende Dipondra (bot. D. repens), deze de voorkeur geeft aan een vrij fris tot vochtig substraat en onder geen beding mag uitdrogen.

Plant zilveren regen op de juiste manier

Omdat zilverregen die in de tuin is geplant, niet door het koude seizoen kan worden gebracht vanwege onvoldoende winterhardheid, moet u elk jaar nieuwe jonge planten kopen of ze naar voren brengen. De zaden zijn goedkoop te koop in speciaalzaken.

Verkiezen

Zaai de zaden vanaf half januari in potjes met groeimedium (€ 9,05 op Amazon *) en zet ze op een lichte vensterbank bij ongeveer 22 graden Celsius. Houd het substraat slechts licht vochtig en voorkom dat het nat wordt, anders zal schimmelgroei optreden. Na ongeveer twee weken beginnen de zaailingen eindelijk te groeien, daarna kun je de temperatuur verlagen tot ongeveer 20 graden Celsius.

Planttijd

Vanaf half mei tot eind mei, wanneer de buitentemperaturen constant minimaal 16 graden Celsius zijn, kunt u de jonge planten ofwel in het bed uitplanten of in een grotere pot met een meer voedselrijk substraat. Maar wen langzaam aan de nieuwe locatie zodat er geen irritatie is.

Als alternatief kunt u de zaden vanaf mei direct buiten zaaien, maar het mag daarna niet kouder worden dan 16 graden Celsius.

Plant afstand

Wil je de silver rain als bodembedekker planten, dan is een plantafstand van minimaal 20 centimeter aan te raden. De planten kunnen tot 60 centimeter breed worden en tussen de 15 en 30 centimeter hoog, daarom moet de aanbevolen afstand ook in acht worden genomen in plantenbakken zoals een bloembak (€ 13,18 op Amazon *). Voor een balkonbak met een lengte van 60 centimeter plant u maximaal vijf zilveren regenplanten.

Lees verder

Giet zilveren regen

In tegenstelling tot sommige andere dichondra-soorten heeft de zilverregen weinig water nodig en kan hij uitstekend tegen droogte en hitte. Geef dus matig maar regelmatig water en laat het substraat tussendoor drogen.

Zorg ervoor dat u alleen van onderaf water geeft en de bladeren en bloemen niet nat maakt.

Bemest zilveren regen op de juiste manier

Als eenjarige planten hebben exemplaren die in de tuin worden geplant, geen kunstmest nodig. Zilverregen die in potten wordt gekweekt - die tenslotte vrij gemakkelijk overwinterd kan worden - moet tussen augustus en september ongeveer elke vier weken worden voorzien van een vloeibare meststof die via het gietwater wordt toegediend.

Snijd zilveren regen correct af

Als je de zilveren regen maar een jaar kweekt, is snoeien niet nodig. Alleen als de scheuten te lang zijn, kun je ze eenvoudig met een schaar inkorten en anders de snelgroeiende plant laten groeien. Overwinterde exemplaren daarentegen worden in het voorjaar helemaal teruggesnoeid en ontkiemen dan des te mooier.

Zilveren regen vermenigvuldigt zich

De zilveren regen kan gemakkelijk worden vermeerderd, niet alleen met zaden, maar ook met stekken die in de vroege zomer zijn gesneden. Om dit te doen, snijdt u kopstekken van ongeveer vijf centimeter lang af en plaatst u ze in kleine potten met groeimedium. Zet het potje op een lichte, maar niet direct zonnige en warme plek, bijvoorbeeld op een vensterbank. Houd de ondergrond licht vochtig, maar niet nat. De stekken vormen binnen korte tijd wortels en zodra er nieuwe bladeren ontstaan, kunnen ze naar een grotere pot of koude bak worden verplaatst.

Overwinteren

Zilverregen die in de tuin is geplant, is niet winterhard en kan zelfs met beschermende maatregelen zoals kreupelhout enz. Niet buiten overwinterd worden. Daarom moet dichondra die als bodembedekker wordt gebruikt elk jaar opnieuw worden geplant. Specimens die in potten worden gekweekt, kunnen echter onder de volgende omstandigheden door het koude seizoen worden gehaald:

  • lichte, beschermde locatie in huis of wintertuin
  • Temperaturen tussen de tien en 15 graden Celsius
  • Zilverregen stopt de groei bij temperaturen onder de 12 graden Celsius
  • Verminder de watergift tijdens de winter aanzienlijk
  • Laat het substraat tussen de gietbeurten minimaal twee centimeter uitdrogen
  • Pas de bemesting volledig aan

In april snoei je de zilverregen helemaal terug en verpot je de plant in vers, voedselrijk substraat en eventueel een grotere pot. Begin nu langzaam weer met bemesten en verhoog langzaam de hoeveelheid water. Vanaf half mei tot eind mei kan de plant eindelijk weer naar buiten, mits de temperatuur constant boven de 16 graden Celsius blijft.

Ziekten en plagen

De zilveren regen wordt als robuust beschouwd en wordt zelden aangevallen door ziekten en plagen.

Tips

Naast de 'silver rain'-variant van de soort Dichondra argentea is er ook een variant met dezelfde naam van de hangende klokken (bot. Campanula poscharskyana), die vooral populair zijn als balkonbloemen. Dit draagt ​​zijn poëtische naam vanwege de weelderige, sneeuwwitte bloemen. De gewone robinia wordt ook wel eens zilverregen genoemd.

Soorten en variëteiten

Naast de soort Dichondra argentea en zijn cultivar 'Silberregen' worden ook andere soorten dichondra als sierplant gekweekt. Dichondra micrantha wordt bijvoorbeeld gebruikt als bodembedekker en gazonvervanger. Dichondra repens wordt ook gekweekt als sierplant en kan worden gebruikt als gazonvervanger of bodembedekker in tuinen. De soort heeft groen tot grijs blad en wordt jaarlijks opnieuw gezaaid. Dichondra repens is een kleine, kruidachtige plant afkomstig uit Nieuw-Zeeland en vele delen van Australië. Af en toe nierkruid genoemd, groeit het vaak in bos- en graslandhabitats.