Typisch ongedierte op de pruimenboom

Typisch ongedierte op de pruimenboom

Melige pruimluis

De Hyalopterus pruni is moeilijk te zien. Vaak is het pas in een vergevorderd stadium merkbaar. Behandel verzwakte en zieke pruimenbomen onmiddellijk.

lees ook

  • Ziekten in de pruimenboom: identificeren, behandelen, voorkomen
  • Bladeren aan de pruimenboom veranderen: wat is de oorzaak?
  • Typische ziekten in het enkele blad

De effecten van deze plaag komen op verschillende manieren naar voren. Enerzijds kan de pruimluis een besmetting met ander ongedierte aanmoedigen. Het brengt ook virale ziekten over.

Eigendommen:

  • Kleur: blauwgrijs tot roze met wit stof
  • Afmeting: 2 tot 3 millimeter
  • Voorkomen in koloniën
  • vanaf juni

Onderscheidende kenmerken:

In een vergevorderd stadium zijn pruimluizen te herkennen aan ernstige vervorming en verkleuring van de bladeren.

Vechten:

De vernietiging moet uiterlijk in de herfst plaatsvinden. In de handel verkrijgbare middelen op basis van potaszeep zijn geschikt.

Pruimenbladzakje galmijt

Zakvormige gallen van ongeveer twee millimeter groot vormen zich op de bladeren van de pruimenboom. Deze worden daar opgeslagen door zakgallen.

Onderscheidende kenmerken:

  • Bladranden en toppen voorzien van gallen: wit, geelachtig, roze
  • Gal boven met spleetopeningen
  • Mijten in gallen

Tijdens het opzwellen van de knoppen zetten buidelgalmijten hun gallen op bladeren. Van daaruit vallen de mijten de bloemknoppen aan en zuigen ze eruit.

Vechten:

Maatregelen om het ongedierte te vernietigen zijn in deze beginfase effectief. Voor volkstuintjes is er geen geschikt gewasbeschermingsmiddel. Om deze reden moeten geïnfecteerde bladeren, takken en fruitknoppen worden verwijderd. Volwassen vrouwtjes van de buidelgalmijt overwinteren graag onder de boomschors. Verwijder losse stukjes schors vroegtijdig.

Notitie:

Regelmatige controle is een effectieve preventiemethode. Bovendien beschermt een verzorgingssnit.

Pruim zag wesp

De vrouwtjes van deze soort produceren jaarlijks ongeveer 70 eieren. Deze plaatsen ze in het voorjaar direct in de kelken. Dit betekent dat de nakomelingen goed worden voorzien van voer. Kleine larven vernietigen tussen de vier en zes kelken. Dan komen ze op de grond tevoorschijn.

Onderscheidende kenmerken:

  • Vruchten vallen onrijp uit de boom
  • duidelijke tekenen van eten en gaten in pruimen

Vechten:

Bij lichte aantasting zijn in principe geen maatregelen nodig. Het is mogelijk om tijdens de bloeiperiode witte lijmplanken direct in de pruimenboom te hangen.

Meer ongedierte

  • Pruimenmot
  • Web mot

Voorkomen in plaats van vechten

Zowel plagen als ziekten laten duidelijke sporen achter op groene scheuten, vruchten en bladeren. Het is de moeite waard om ze regelmatig op besmetting te controleren. Let op de volgende afwijkingen:

  • Voedingssporen
  • Verkleuring
  • Vervormingen
  • Netwerken
  • Eieren

tips & trucs

Verwijder in geen geval verwijderde bladeren, vruchten of plantendelen in de compost. Op deze manier bestaat er een risico op herbesmetting in het volgende jaar.

FT